zaterdag 14 augustus 2010

Gewoon sneeuw

G:"Yamapi is op deze foto echt mooi"
L:"Je kunt niet zeggen Yamapi is mooi, dat zeg je al als je Yamapi zegt."
S:"Ja dat is net als zeggen dat sneeuw wit is"
L:"Ja, je zegt toch ook niet van die sneeuw is hier echt heel wit"
G:"Maar soms is sneeuw ook een beetje geel"
L:"Wat is dat, dat is echt geen humor"
G:"Het is ook geen humor...het is sneeuw"

Dus voor het geval jullie je afvroegen wat het niveau hier in Tokio ongeveer is na een lange dag rondhobbelen door de straten van Harajuku en Shibuya, dit is het.
Na ons drukke weekend vorig weekend moesten we maandag even hard werken aan onze eindpresentatie. De methode hier in Japan is echt heel anders dan in Nederland. Wanneer je aan de universiteit een presentatie moet geven, geef je je onderwerp en de datum op en verder word je min of meer in het diepe gegooid. Hier werden we met elke stap begeleid. Er waren deadlines voor alles: van het onderwerp kiezen tot de opzet tot de uiteindelijke tekst en presentatie. Aan de ene kant was het heel vervelend dat we zo op onze vingers gekeken werden, zeker omdat je dat totaal niet gewend bent, maar aan de andere kant was het ook prettig dat je de hele tijd geholpen werd met je Japans en je je geen zorgen hoeft te maken dat je alles tot het laatste moment uitstelt.
Na ongeveer drie uur hard werken aan onze presentatie gaven we het op, onze hoofden konden absoluut geen een woord Japans meer produceren (en daarbij was ons verhaal ook af).
Op dinsdag zijn we na de lessen naar het epische Takadanobaba geweest. Jaja, een wijk in Tokio die Takadanobaba heet. En daar kom je dan elke dag met de metro langs als je naar school gaat. Takadanobabaaaaa, Takadanobaba desu! roept de mevrouw in de trein dan.
Het was verder echt geweldig. Want ieder grassprietje, lantaarnpaal en stoeptegel waren respectievelijk een Takadanobaba grassprietje, een Takadanobaba lantaarnpaal en een Takadanobaba stoeptegel. Beginnen jullie al te begrijpen wat de hitte hier met onze hoofden doet?
Het was best wel een normale wijk eigenlijk. We hebben lekker geluncht en toen zijn we naar huis gegaan.
Op woensdag was het tijd om de powerpoint voor onze presentatie te maken, verbeteringen in de tekst door te voeren en gewoon het hele gebeuren uit ons hoofd te leren. Dit gebeurde terwijl we de was aan het doen waren, dus het was een multifunctionele middag. Verder gebeurde er die dag niet heel gek veel.
Op donderdag begaven wij ons lichtelijk nerveus naar de school om onze eindpresentatie te geven. We kregen nog anderhalf uur om de presentatie door te nemen, waarin de docenten ons ook een aantal keer vroegen de presentatie alvast een paar keer voor hen te doen. 's Middags moesten we in de presentatie hal dus ook afwachten tot het onze beurt was een presentatie te geven. We waren als vierde van de acht, net voor de pauze. Dat was aan de ene kant heel fijn, omdat je dan in de pauze meteen kans hebt een beetje stoom af te blazen, maar we konden ook niet echt genieten van de drie presentaties die voor ons kwamen. We waren redelijk op van de zenuwen. We spraken voor alle docenten, een aantal mensen van het bestuur van de school, mensen van het Japan-Nederland Instituut en natuurlijk onze eigen groep uit Leiden.
Uiteindelijk ging het best wel goed op trillende handen en het geluid van de bel wat recht door mijn stukje heen ging na (en schoolbellen zijn hier niet zoals in Nederland, het is echt een episch lang deuntje, zie http://www.youtube.com/watch?v=GiUGia74jZ0&feature=related ).
's Middags ben ik met Gwynn en Sabine naar Harajuku gegaan, waar we hadden afgesproken met een Amerikaanse vriendin van Gwynn, die een Duitse vriendin van haar had meegenomen. We hebben de winkeltjes in Harajuku een paar uur afgestruind om vervolgens naar Shibuya te gaan om daar Okonomiyaki te eten (LEKKER!!!) en nog even voor het laatst de Book-Off daar onveilig te maken. Helaas was het een van die zeldzame keren dat ik niks tegenkwam wat ik wel wilde hebben.
Op vrijdag hadden we de laatste dag aan de school. Feedback van de presentaties, haiku, kanji en andere dingen. We hebben nog met z'n allen een Japans liedje gezongen en toen was het tijd voor de diploma uitreiking. Dat was verder niet een heel speciaal gebeuren, het was gewoon in het zaaltje waar we ook de presentaties hadden gegeven en dit keer zonder publiek (buiten ons klasje om dan). Wat wel leuk was, was dat de docenten voor iedereen individueel een stukje hadden geschreven in het Japans. Waar we goed in zijn, waar we nog aan moeten werken, dat soort dingen stonden erin.
We hadden met iedereen georganiseerd dat we de docenten een cadeautje zouden geven, namelijk een foto van alledrie de klassen, Umi, Kaze en Mori. Koyama-sensei, de docente van de Mori-klas (onze klas) moest zelfs een paar tranen laten waardoor wij ook met z'n allen met de tranen in onze ogen stonden. Een paar weken geleden vroegen de docenten ons wat we uit Japan mee konden nemen naar Nederland. De antwoorden luidden onder andere : de Book-Off, het treinsysteem, de automaten overal en zelfs Japanse kindjes (hier was de docente erg geschokt over). Nu zou het antwoord waarschijnlijk eenduidig zijn: onze docenten. Ze waren zo lief voor ons, ze hebben ons zoveel geleerd en ons zoveel geholpen. Ik ben ze in ieder geval ongelofelijk dankbaar voor de afgelopen vijf weken.
We zijn daarna met de hele groep (inclusief alle docenten) gaan eten bij een restaurant in de buurt. Dat was echt heel erg lekker en we zaten allemaal veel te vol. Weg wandelen bij de school achterom kijkend naar de leraren die ons uitzwaaiden was wel een beetje verdrietig.
Om de sfeer weer een beetje omhoog te krikken zijn we daarna met z'n vieren naar Shinjuku gegaan om daar voor souvenirs te shoppen. Dat hebben we best even volgehouden, we zijn daarna nog even door Kabukicho gelopen om te kijken of er 's avonds meer van de beruchte hosts stonden. Ze stonden er. We hebben ons weer kapot gelachen, maar het was toch ook wel heel duidelijk dat het niet een buurt is waar je alleen doorheen kon lopen. Als we bij een kruising wat langzamer gingen lopen om te bedenken welke richting we verder wilden nemen, werden we al aangekeken of ze ons binnen konden krijgen.
Uiteindelijk helemaal gebroken thuis gekomen, nog even een muziekprogramma gekeken en toen om tien voor tien gaan slapen.
Gisteren, op zaterdag hadden we een rustig ochtendje. 's Middags zijn we naar centraal Tokio geweest. We hebben rond het keizerlijk paleis gelopen en toen zijn we naar het Japanse parlementsgebouw gelopen wat helaas gedeeltelijk nog steeds in de steigers stond (vorig jaar toen ik er was stond het nog helemaal in de steigers). Het is niet het enige gebouw ook. De senso-ji en het station van de wijk Tokio (wat naar het voorbeeld van Amsterdam CS is gebouwd) stonden ook in de steigers, evenals een tempel in Shinjuku die we nog hadden willen zien. Nadat we naar het parlementsgebouw gelopen waren dus, zijn we het hele eind weer terug gelopen om daar vervolgens de metro te nemen naar Tokyo Tower.
Het was best leuk om die te zien en te weten dat hij groter is dan de Eiffeltoren, als je het me had gevraagd had ik gezegd dat de Tokyo Tower kleiner was. Op de een of andere manier had het een wat minder majestueuze uitstraling ofzo denk ik.
We hebben hier in de food court (jaja er zat een food court onder de Tokyo Tower) pizza gegeten en toen zijn we naar huis gegaan. We waren helemaal kapot (alweer) en ik ben om kwart voor tien gaan slapen.
Tot dusverre weer een belachelijk lange blog. Ik hoop dat het een beetje door te komen was.
Groetjes uit een veel te warm en vermoeiend Tokio! (van een Linda die haar handen niet meer voelt van het typen)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten